26 augustus 2016 
3 min. leestijd

Een lesje scheikunde: 'suiker is niet slecht!'

Een lesje scheikunde: 'suiker is niet slecht!'
Gedurende de dag kan je energieniveau erg schommelen, bij de ene persoon is dit meer dan bij de andere persoon. Er zijn veel factoren die hier invloed op hebben, onder andere slaap, beweging en cafeïne-gebruik. Dit zijn slechts een paar grepen uit die factoren. Een zeer belangrijke factor in het stabiel houden van je energieniveau, is je bloedsuikerspiegel. Deze gaan we vandaag even goed uitlichten! Sommige mensen proberen alle suikers te mijden, het zogenaamd koolhydraatarme dieet. In basis klopt het dat koolhydraten opgebouwd zijn uit glucose, dus ja, het zijn suikers. Echter maakt die opbouw een heel groot verschil als het gaat om gezondheid en jouw energieniveau!

Suikerpieken

Laten we gelijk maar met de deur in huis vallen: échte suikerpieken (zoals beschreven op Healthy Life Lab) en suikerdips zal een gezond persoon nooit ervaren. De enige mensen die hiermee te dealen hebben zijn diabetici en pre-diabetici. Als zij er niet voor zorgen dat ze hun bloedsuikerspiegel stabiel houden (regelmatig eetpatroon en insuline/diabetes-medicatie), komen zij in ernstige problemen, de symptomen die bij deze suikerpieken en –dips optreden zijn niet te vergelijken met de bloedsuikerschommelingen die jij ervaart als je een blikje cola in één keer leegdrinkt. Een gezond lichaam is erg goed in staat om de balans snel te herstellen. Toch zijn schommelingen bij jou ook merkbaar; na het drinken van een blikje cola ben je eerst vol energie, om je vervolgens helemaal futloos te voelen en wéér trek te krijgen in iets dat rijk is aan suiker.

Suiker is niet slecht

Toch is een koolhydraatarm dieet niet de oplossing. Suiker is namelijk de belangrijkste brandstof van je lichaam. Sterker nog, je hersenen functioneren niet zonder suiker in het bloed! Je spieren zijn ook blij met suiker; het is de belangrijkste brandstof. Kortom: je hebt suikers nodig. Het verschil tussen ‘goede suikers’ en ‘slechte suikers’, zit ‘m vooral in de bronnen waar je suiker vandaan haalt en de snelheid waarmee ze uit die bronnen worden opgenomen in het bloed. fruit

Een klein lesje scheikunde

Suiker is opgebouwd uit atomen en die atomen vormen samen een molecuul. Er zijn verschillende soorten suikermoleculen en deze moleculen kunnen ook een keten van suikermoleculen vormen. Hoe meer moleculen aan elkaar zijn geketend, hoe meer moeite het je lichaam kost om suiker op te nemen in je bloedbaan. Je kan de molecuulsoorten indelen in 4 groepen: - Monosachariden: dit zijn enkelvoudige suikermoleculen. Dit soort suiker hoeft niet afgebroken te worden (het is al één enkel molecuul) en kan dus direct je bloedbaan in. Fruit en honing zijn voorbeelden van monosachariden. Toch is fruit niet slecht voor je, hier komen we zo op terug. - Disachariden: dit zijn twee suikermoleculen aan elkaar. Ook deze suiker wordt snel opgenomen in je bloed, het hoeft immers maar één keer ‘doorgeknipt’ te worden. Tot deze groep behoren vrijwel alle zoetstoffen die aan producten worden toegevoegd. Enkele voorbeelden zijn: kristalsuiker, rietsuiker, melksuiker (lactose), palmsuiker, kokosbloesemsuiker, ahornsiroop, moutstroop.* *De genoemde voorbeelden zijn vaak opgebouwd uit een combinatie van monosachariden en disachariden. - Oligosachariden: Oligosachariden behoren tot de complexe koolhydraten en zijn opgebouwd uit 3 tot 9 suikermoleculen. Dit kost je lichaam dus veel meer moeite om af te breken tot enkelvoudige, opneembare moleculen en hierdoor zal je minder snel een grote bloedsuikerschommeling krijgen. Oligosachariden bevinden zich voornamelijk in peulvruchten (linzen, bonen, erwten). - Polysachariden: Dit zijn ook complexe koolhydraten en opgebouwd uit 10 of meer suikermoleculen. Ook deze soort sacharide kost je lichaam meer moeite om af te breken omdat het uit meerdere moleculen bestaat. Door geleidelijke afbraak, worden de suikers uit polysachariden ook langzaam opgenomen in je bloed, waardoor je bloedsuikerspiegel stabieler blijft. Deze soort moleculen staan ook wel bekend als ‘zetmeel’ en bevinden zich voornamelijk in volkoren granen en aardappelen.

Suiker is suiker, maar kies de goede bronnen

Zoals je ziet is een complexe koolhydraat net zo goed suiker als een snoepje of een glas vruchtensap. Het verschil zit ‘m vooral in de complexiteit van de moleculen: hoe meer moleculen, hoe langer het duurt voor je lichaam dit heeft afgebroken en de suikers in je bloed worden opgenomen. Echter is fruit ook een hele goede bron van suiker. Het bevat weliswaar fructose (een monosacharide), maar de hoeveelheid fructose in één stuk fruit is zodanig laag, dat het nooit voor een suikerpiek kan zorgen. Daarnaast is een stuk fruit een compleet pakketje van vezels, vocht, macro- en micronutriënten (vitamines, mineralen). Ook vezels zorgen ervoor dat suikers langzamer in je bloed worden opgenomen. Dit is waarom een sinaasappel zoveel gezonder is dan sinaasappelsap. De suikers uit een hele sinaasappel komen nooit zo snel je bloed in als de suikers uit sinaasappelsap. Sinaasappelsap bevat ook nog eens meer suikers dan 1 sinaasappel, omdat je meerdere sinaasappels nodig hebt voor één glas sinaasappelsap. Vezels bevinden zich van nature in vruchten, groenten, volkoren granen, peulvruchten, noten en zaden. Wil je een schommelende bloedsuikerspiegel voorkomen en je lekker fit en energiek voelen? Kies dan vooral voor de onbewerkte, vezelrijke bronnen! Wees niet bang voor koolhydraten, je lichaam wordt hier blij van! Maar kies wel bewust voor de bronnen die geleidelijk aan worden afgebroken en opgenomen in het bloed. En maak je vooral niet al te veel zorgen als je wél een keertje iets neemt met snel opneembare suikers, zeker als je regelmatig beweegt en over het algemeen gezond eet (en geen diabetes hebt), kan je lichaam hier makkelijk mee overweg!    
Reactie plaatsen