E-nummers vermijden is slecht voor je humeur
#cleaneating #wholefoods #healthy #sugarfree #dairyfree #fresh #bio #healthychoices oftewel #mijn-eten-bestaat-uit-een-tomaat-en-een-blaadje-sla Oké, ik geef het toe; ik overdrijf graag, maar kom op, wat is dat met E-nummers? De ene keer krijg je een dikke teen van E342, de daaropvolgende keer moet je oppassen met E798 in verband met het dichtslibben van je neusgaten. Dan is het weer beter om geen E289 tot je te nemen, omdat het mogelijk is dat je groen uitslaat en een andere keer kan het gebeuren dat de vriendin van de oom van je moeders tante en daar de zoon van waterpokken krijgt. Get real people! Tot op zekere hoogte kan ik me vinden in het streven om gezond en puur te willen eten, maar op een gegeven moment ben ik de draad kwijt en zet waarschijnlijk net mijn tanden in E4994520194629452. Ten eerste is het eten dan wel drinken van E-nummers niet altijd ongezond en ten tweede het is onvermijdbaar. Veel mensen denken dat E-nummers kunstmatige, chemische toevoegingen zijn waar je maar beter met een grote boog omheen kunt lopen. Dit klopt maar half. Ja, E-nummers zijn chemische stoffen. En nee, E-nummers zijn niet per se kunstmatig.
E-nummers in een banaan?
Ál ons eten (ja, echt al ons eten) bestaat uit chemische stoffen, dus ook uit E-nummers, maar dit betekent niet dat alle E-nummers ook gelijk kunstmatig zijn. Als je E-nummervrij wil eten, kun je alleen nog maar water, zout en suiker eten. Nou, succes zou ik zeggen... Bananen, tomaten, broccoli, wortelen, aardappelen en bleekselderij bevatten ook allemaal E-nummers. Weet je wat het ding is met E-nummers? Het zijn gewoonweg de best geteste stoffen in onze voeding die aan uiterst strenge veiligheidsvoorschriften moeten voldoen alvorens ze überhaupt goedgekeurd worden door de Europese voedselveiligheidsautoriteit EFSA. Fruit wordt bijvoorbeeld niet op zo’n nauwkeurige manier getest, waardoor we eigenlijk niet goed weten wat voor een stoffen hier überhaupt inzitten. Ik wil je niet opzadelen met allerlei theoretisch gebrabbel, maar weet wel dat al ons eten uit chemische stoffen bestaat en deze stoffen niet gelijk slecht, ongezond of duivels zijn. Het zijn vaak natuurlijke stoffen die de fabrikant verplicht op zijn ingrediëntenlijst moet zetten. Het lijstje van de banaan zou er zo uitzien: Ingrediënten: water (75%), suiker (12%), E460, E461, E462, E464, E467, Phenylalanine, Valine, Alanine, Serine, E300, E306, Ethyl hexanoate, E1510, en nog veel meer onuitspreekbare woorden.ABCD E FGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ
Er bestaan duizend en één verhalen, fabels, mythen en verzinsels op het gebied van E-nummers. Dus ik begrijp heel goed dat je door de bomen het bos niet meer ziet en niet weet wat je moet geloven. Dan maar die E-nummers schrappen, toch? Onder het mom van: het zekere voor het onzekere nemen. Helaas schieten heel wat mensen hier een beetje in door. Ze worden nogal obsessief en dwangmatig. Ingrediëntenlijstjes worden tot op het bot ontleed, pakjes en zakjes zijn uit den boze en er wordt heel erg in termen van gezond versus ongezond gedacht. Ikzelf ken dit maar al te goed, omdat ik lange tijd behoorlijk obsessief ben omgegaan met zogenaamd gezond eten. Alles moest ‘perfect gezond’ zijn en ik vermeed een heleboel producten. Ik wilde geen bewerkte ‘rotzooi’ – zoals ik dat destijds noemde. Orthorexia heet deze ziekte.‘Gezond’ wordt een obsessie
Smaakloze groente, droog vlees en een beetje rijst vormden een tijdlang mijn avondeten. Herman den Blijker zou zich een bult lachen en roepen dat ik maar eens ‘echt’ moet gaan eten. Makkelijker gezegd dan gedaan. Op een gegeven moment beheerst het je leven meer dan je zou willen en ben je alleen nog maar bezig met het zo gezond en zo puur mogelijk willen eten. Het wordt een soort van dwangmatige handeling, een soort obsessie. Op dat moment – en eigenlijk al veel eerder – moet je even in gesprek gaan met jezelf. Gezond willen eten is één ding, maar het moet geen ‘moeten’ worden en ook geen beheersende factor. Natuurlijk is het goed om enigszins op te letten wat je zoal ‘naar binnen werkt’, maar probeer niet te denken in termen als ‘alles of niets’. Hanteer bijvoorbeeld de 80/20 regel: 80 procent van je voeding is ‘gezond’ en 20 procent is ‘ongezond’ (wat gezond en ongezond dan ook moge betekenen). Op die manier behaal je genoeg winst in gezond eten, terwijl je zo nu en dan toch lekker kunt genieten van die heerlijk foute producten die volgens jou vol zitten met nummers van het gehele alfabet. Wat je ook doet, it’s up to you. Doe vooral waar je je goed bij voelt, wetende dat E-nummers niet per definitie slecht zijn. Het is totaal niet nodig en bovendien onmogelijk om E-nummerloos door het leven te gaan. Geniet en gebruik E-nummers met mate.Referenties:
Hartemink, R., Iedereen eet en drinkt elke dag voedsel met E-nummers, 2010. Kwartaalblad van de Stichting Voedselallergie – p.22 – 24.Chantal houdt van koken en bakken (en eten), kan zowat haar bed bij de sportschool neerzetten, zoekt een balans tussen sport en genieten, kan niet zonder pindakaas en chocola, is momenteel bezig met haar bachelorscriptie en is gek op het doen van salsadansjes.